Erflater
Jan Arend baron de Vos van Steenwijk genaamd van Essen
Geboren op 11 maart 1922. De onroerende zaken zijn door vererving in zijn bezit gekomen. Toen hij op 13 januari 2008 overleed, was hij kinderloos. De nalatenschap is toen in de maatschappelijke Stichting Landgoed Windesheim ondergebracht, zoals hij het beoogd had. De stichting wordt bestuurd door een driekoppig bestuur. Op deze wijze wordt de continuïteit van het landgoed gewaarborgd. De stichting heeft geen winstoogmerk en is bij de Belastingdienst geregistreerd als Algemeen Nut Beoogde Instelling (ANBI).
Op landgoed Windesheim bevond zich een Arabische paardenfokkerij, die geleid werd door de moeder van de erflater.
Samenhangende eenheid
De totale oppervlakte van het landgoed Windesheim beslaat ca 660 ha, waarvan ca. 20 % bestaat uit bos en natuur en de overige cultuurgrond met boerderijen wordt verpacht aan landbouwers.
Het landgoed wordt beheerd als een multifunctionele, samenhangende en bedrijfsmatige eenheid met de ambitie om de kwaliteit van het bezit landschappelijk, ecologisch, economisch en cultuurhistorisch in optimale vorm te houden of te brengen. De landbouw draagt daar in belangrijke mate aan bij en het bestuur van de stichting is trots op de goed geoutilleerde bedrijven aan wie percelen landbouwgrond in (erf)pacht zijn uitgegeven. Bijzondere aandacht wordt er verder geschonken aan de bosbouw, de natuur, het landschappelijke schoon, het 25 hectare grootte landschapspark, de tuin, de gebouwen, de monumenten, de educatie en recreatie.
Recentelijk heeft de Stichting de verschillende aspecten van het beheer tegen het licht gehouden met de vraag hoe duurzaam die aspecten worden beheerd. Geconcludeerd kan worden dat de Stichting in duurzaamheid investeert door de aanwezige natuurterreinen en landschappelijk schoon zoveel als mogelijk te consolideren, te verbeteren, uit te breiden en te beheren conform de richtlijnen voor natuurbeheer. Bij het natuurbeheer dat extern wordt gemonitord worden de aanbevelingen opgevolgd. Voor de bossen is het FCS-certificaat verstrekt. Ten aanzien van de opstallen vraagt de Stichting bij de uitgifte in erfpacht om een verbouwingsplan waarbij nadrukkelijk aandacht moet zijn voor verduurzaming. Verder moedigt de Stichting klimaatneutraal en duurzaam boeren aan en denkt daarin zoveel mogelijk mee. Ten aanzien van de beleggingen houdt de Stichting rekening met de scrore op het gebied van Environmental, Social en Governance (ESG).
Het Windesheimer-deel
De kern van het landgoed is een Rijksmonument en wordt gevormd door eigendommen die gelegen zijn rondom het dorp Windesheim. Het Huis Windesheim is in de oorlog verwoest ten gevolge van een bombardement en na de oorlog is het niet herbouwd. In de directe omgeving vallen onder het landgoed nog kleinere objecten, zoals het landgoed De Velner en de boerderij het Kromholt.
De Velner
Dit gedeelte omvat ruim 100 ha landbouwgrond en bos en het is als Natuurschoonwet (NSW)- landgoed gerangschikt. De havezate is reeds in 1838 afgebroken. Wel is het grachtenstelsel nog in takt gebleven, evenals de structuur van de laanbeplanting. Op de Velner bevinden zich twee volwaardige melkveebedrijven, die deels in pacht en in erfpacht zijn uitgegeven.
Het Kromholt
Dit gedeelte ligt in Gelderland en bestaat uit een erf met boerderij en overige opstallen, een campingterrein van ca 3 ha en ca 40 ha landbouwgrond. Onlangs is ca 20 ha landbouwgrond omgevormd naar “natuur”. Van de overige landbouwgrond wordt ca 10 ha beheerd op basis van een beheerovereenkomst en 10 ha wordt landbouwkundig gebruikt als bouwland.
Windesheim als rijksmonument
Het gehele centrale deel van de oude buiten, inclusief een deel van het terrein met de dienstwoningen direct aan de zuidzijde van de Windesheimerweg, is als rijksmonument beschermd. Aan het terrein is een ‘zeer hoge waarde‘ toegekend. Niet alleen zijn de historische gebouwen en monumentale entrees (hekwerken) beschermd maar ook de huis-ruïne, diverse tuinsieraden en vazen en de bakstenen bruggen. Daarnaast valt de totale 25 hectare parkaanleg onder de formele rijksbescherming.
Tuin en Park
De tuinen die omstreeks 1915 in Franse formele stijl zijn ontworpen door tuinarchitect L. Springer zijn niet opengesteld. Het park is dat wel.
Het park in Engelse landschapstijl is het resultaat van met name het werk van de Nederlandse landschapsarchitect J.A. Husly (1789), dat in hoofdlijnen zeer goed bewaard is gebleven. Hij bezigde verschillende ontwerpprincipes waaronder het principe van scherpe contrasten, zoals licht versus donker. De witte pauw die scherp afsteekt tegen een achtergrond is daarom gekozen als logo voor de stichting. Het Parkbos is een resultante van drie eeuwen landschapsarchitectuur. Daar is nog een staaltje hedendaagse architectuur bijgekomen. De stichting heeft in juni 2021 maar liefst acht nieuwe bruggen van cortenstaal laten plaatsen in het Parkbos.
De geschiedenis van Landgoed Windesheim is onlosmakelijk verbonden met het dorp Windesheim en het gelijknamige klooster. Het landgoed onderhoudt contacten met haar Omgeving en beschikt over een geprofessionaliseerd Communicatieplan 2021-2025 opgemaakt door Boubeek & Partners, waarvan de activiteiten op verschillende momenten worden uitgerold. Zie onder meer Agenda.
Congregatie van Windesheim
Windesheim is de naam van een congregatie van Augustijner koorheren (reguliere kanunniken en kanunnikessen) waarvan het moederklooster in Windesheim stond.
Kort na de dood van Geert Groote, grondlegger van de Moderne Devotie, volbracht zijn volgeling Florens Radewijns de wens van Groote door een klooster te stichten te Windesheim. Het klooster werd op 17 oktober 1387 ingewijd. klooster in Windesheim bleek al snel het begin te zijn van een grote en invloedrijke kloosterorganisatie, het kapittel van Windesheim. Het kapittel kende in 1511 haar hoogtepunt met 86 mannenkloosters en 13 vrouwenkloosters, de invloed strekte zich uit tot ver over de grenzen, in NW Europa, tot aan Zurich. De Moderne Devotie die in de IJsselstreek begon en in Windesheim het moederklooster had, groeide uit tot de invloedrijkste religieuze beweging in die tijd.
Tijdens de reformatie en de opstand tegen Spanje is het klooster, zoals vele andere, door de Oranjegezinde watergeuzen verwoest.
Het klooster heeft waarschijnlijk ten zuiden van de Dorpsstraat gelegen. Heden ten dage resten nog slechts enkele kelders en de markante brouwerij van het kloostercomplex. Deze kloosterbrouwerij is tijdens de Tachtigjarige Oorlog, in 1634, als Nederduits Hervormde kerk in gebruik genomen. De oude brouwerij is nu in gebruik als NH kerk. Tegen de kerk staat een opmerkelijke halve boerderij, de kosterwoning.